Herman Selderhuis schreef ter gelegenheid van het Calvijn-herdenkingsjaar Calvijn.Een mens. Het ziet er wat saai uit. Jammer dat het niet met meer en betere illustraties is uitgegeven. Maar het is betaalbaar en vooral heel goed leesbaar. Selderhuis heeft een vlotte pen en een relativerende toon, af en toe zelfs een te populistisch toontje. Hij zet een Calvijn neer die in elk geval gedreven is, een harde werker, sober levend. Calvijn wint in Genève pas heel langzaam echt aan invloed en niet bepaald zonder slag of stoot. Hoemeer hij aan invloed wint, hoe scherper de scheiding kerk-staat wordt! Genève wil wel model staan voor een stad met goede zeden, maar S. laat zien dat op veel meer plaatsen de stadsbesturen grotere invloed op de zeden van de burgers proberen te krijgen. Ondertussen komt zo wel uit de verf hoezeer Calvijn een vrucht van de Renaissance is. De nadruk op bijbel en bijbeluitleg, disciplinering, onderwijs en theologie passen in een renaissance-ideaal van beschaving. Calvijn is bij S. niet zo’n grote scherpslijper, hij wil best water in de wijn doen om eenheid over de Avondmaalsleer met andere reformatoren te bewerkstelligen. Naar Franse landgenoten die proberen binnen de kerk Rome te blijven om haar van binnen uit te vernieuwen is hij wel compromisloos. Bij de Paapse mis kun je alleen maar weglopen. Voor de Franse protestant staat dan alleen maar de weg open om te vluchten. S. laat subtiel zien dat Calvijn hier misschien te simpel denkt en vooral ook te elitair. Je moet een vlucht maar kunnen betalen. Maar is dit niet een typische karaktertrek van de moderne Europeaan geworden: eerder emigrant dan rebelse opstandeling? Zo krijgen we dan later Pilgrim Fathers en Hugenoten in Zuid-Afrika. Verder vond ik in deze Calvijn nogal wat Stoicijnse trekken. In zijn brieven heeft hij het kennelijk veel vaker over de voorzienigheid dan de vermaledijde leer van dubbele predestinatie. Onder die voorzienige en onbegrijpelijke hand Gods moet je bij hem zonder morren bukken in geval van ziekte en tegenslagen. Calvijn laat zielen gestaald worden onder een hemelse tuchtroede. Af en toe ging hij gewoon te kort door de bocht.