Balthasar Bekker

Zien gaat voor het horen

*20 maart 1634, Metslawier – † 11 juni 1698, Amsterdam

In 1696 kreeg de Amsterdamse ex-predikant bezoek van een rijke weduwe uit Thorn in Oost-Pruisen (nu Toruń, Polen). Ze was dankzij zijn boek De Betooverde Wereld op het nippertje aan een executie ontsnapt. Ze was wegens toverij ter dood veroordeeld. Maat toen had haar advocaat het boek in handen gekregen. Waarop hij revisie van het proces had aangevraagd en met behulp van allerlei voorbeelden uit het boek vrijspraak bewerkstelligd.

De angst voor satan was in de Middeleeuwen behoorlijk opgepookt door pauselijke bullen en handleidingen voor de Inquisitie. In Amsterdam bracht de Reformatie een einde aan heksenverbranding. Maar het is verbazingwekkend hoe lang daarna ook in ons land vrouwen nog op de heksenweegschaal werden gezet, gewurgd en verbrand. De Betooverde Wereld uit 1691 zorgde ervoor dat ds. Bekker uit zijn ambt gezet werd en van het Avondmaal geweerd.

De Gouden Eeuw was vol theologisch gekrakeel. Predikanten vochten elkaars opvattingen niet alleen in geschrifte aan, maar ook in procedures voor kerkenraden en provinciale synodes. De jarenlange vete tussen Voetianen en Coccejanen was net met een wapenstilstand beslecht toen Bekker met zijn bestrijding van allerlei uitingen van satansgeloof kwam. Je eigen verstand gebruiken, had hij thuis als domineeszoon al geleerd. Als jong predikant in Friesland viel hij op door de uitgave van catechisatieboekjes en het negeren van het kerkelijke verbod tot preken bij uitvaarten. In zijn boek Ondersoek van de betekening der Cometen ter bestrijding van wijd verspreid bijgeloof toonde hij zich een bekwaam sterrenkundige.

Bekker beredeneerde dat er geen geesten los van een lichaam konden bestaan. Daarnaast was door de kruisdood van Christus de macht van de duivel gebroken. Die zat nu in de hel vastgebonden. Bekker gebruikte naast elkaar redeneringen volgens de nieuwe wetenschappelijke methode van Descartes en argumenten uit de Bijbel. Critici hadden gelijk dat de argumentatie beter kon. Maar er was wel een trend mee gezet. En naast vermeende heksen hadden ook geesteszieken baat bij dit boek. Als pastor had Bekker langdurige gesprekken met geestesgestoorden gevoerd. Hij had veinzers van waanzin ontmaskerd. Bekker droeg er aan bij dat mensen in het dolhuis niet langer als bezetenen werden getreiterd, maar als patiënten werden behandeld. Jezus zelf had de bezetenen ook onder de zieken gerekend.

De stad Amsterdam bleef zijn traktement tot zijn dood doorbetalen. Het boek was een kassucces en werd in verschillende talen vertaald. En door geloof en wetenschap hand in hand te laten gaan zijn heksen en toverspreuken langzaam maar zeker verbannen naar sprookjes en jeugdboeken.

2020