
Cranach-Altar
Wil dan tot u bekeren ons hart en zijn begeren
Nummer 1 in het Erfurt Enchiridion uit 1524, Luthers eerste liedboek, is van een vrouw. Herr Christ, der einig Gotts Sohn. Elisabeth Cruciger had het geschreven voor de kersttijd: een beknopt maar krachtig lied van aanbidding voor de glanzende Morgenster van Christus die nieuw leven in onze harten wekt. Er klinkt een oude latijnse hymne in door. De melodie is van een oud liefdeslied. Bach gebruikte het gezang later in een van zijn cantates. In 1534 was het lied al vertaald in het Engels. Het staat als lied 517 in het Liedboek, vertaald door Sytze de Vries. In het vorige liedboek stond het als gezang 158, herdicht door Ad den Besten.
Dankzij haar adellijke komaf kreeg Elisabeth von Meseritz een gedegen opleiding in een klooster bij Treptov in Pommeren. In de regio werd de boodschap van de Reformatie verspreid door Johannes Bugenhagen, werkzaam op een naburige school. Bugenhagen werd stadspredikant in Wittenberg. Toen de jonge non uit haar klooster vluchtte vond ze bij hem onderdak. In 1524 trouwde ze met de theoloog Caspar Cruciger. Bugenhagen bedelde toen bij keurvorst Frederik om een flinke bijdrage voor een groot huwelijksfeest voor zijn beschermelinge, ter compensatie voor het verdriet om de afwezigheid van de katholieke familieleden.
Het echtpaar hoorde tot het circuit van vrienden en collega’s van Maarten en Käthe Luther. Caspar hielp Luther bij zijn bijbelvertaalwerk. Else komt voor in de notities van Luthers Tafelgesprekken in het klooster van het gezin Luther. Een van haar twee kinderen trouwde met zoon Hans Luther. Maar toen was ze al overleden.
Haar vraag aan tafel was hoe een gelovig christen zich moet gedragen in een kerk waarin een katholiek priester de mis opdraagt. Dacht ze nog aan haar familie die niet bij haar trouwen had willen zijn? Luther antwoordde dat je best mee mocht doen aan een publieke mis als daar het geloof in de tegenwoordigheid van Christus in het altaarsacrament beleden werd.
Haar lied verscheen tot 1532 anoniem. Dat ook een vrouw taal leverde voor de verkondiging, al was het maar in een lied, werd vervolgens wel als een teken van de Eindtijd begroet, een vervulling van de profetie uit Joël 2 dat de Heilige Geest in het laatste der dagen ook dochters laat profeteren, net zoals ook het optreden van de Reformator werd gezien als een teken van Gods ingrijpen. Maar er was ook verzet: lang is haar lied in diverse bundels onder een mannelijke naam herdrukt.
(2017)