3 januari Basilius de Grote (rond 330 Caesarea in Cappadocië– 1 januari 379 idem)

BasiliusGlorie aan de Vader met de Zoon samen met de Heilige Geest

Glorie aan de Vader met de Zoon samen met de Heilige Geest

Grieken eten op 1 januari Basiliusbrood en geven kinderen cadeautjes. Dat brood is rijk gevuld en er zit een munt in. De verhalen over de zorg van Basilius voor armen en die over bisschop Nicolaas van Myra hebben zich in de loop der eeuwen met elkaar vermengd.
Een van de toeristische topattracties in het huidige Turkije is het Göreme openluchtmuseum, werelderfgoed. In de merkwaardig gevormde krijtrotsen van Cappadocië zijn daar rotswoningen en -kerken te zien waar eeuwenlang monniken hebben geleefd. Ze getuigen van een gevarieerd kloosterleven. Er waren eremieten en stylieten (zuilzitters) die maximale eenzaamheid nastreefden. Maar de kapellen en gemeenschapsruimtes met grote tafel laten zien dat ook samen werd gevierd en gegeten. Basilius is een van de drie grote Cappadocische kerkvaders van de vierde eeuw, naast zijn broer Gregorius van Nyssa en zijn vriend Gregorius van Nazianze. Zij zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de zogenaamde ‘sociale’ triniteitsleer. In de eeuw van de grote kerkelijke concilies formuleerden zij belangrijke gedachten over de onderlinge relaties tussen de drie ‘personen’ Vader, Zoon en Geest. Teksten van Basilius maken nog altijd deel uit van de liturgieën van Oosterse kerken.
De broers kwamen uit een ontwikkeld en bemiddeld christelijk gezin in Caesarea (nu Kayseri). Twee grootouders behoorden tot de martelaren voor het geloof. Vader was redenaar. De ouders lieten hen een gedegen opleiding volgen, Basilius studeerde zo in Constantinopel en Athene. Hij raakte – mede door het voorbeeld van oudere zus Macrina – onder de indruk van het ascetische ideaal. In Egypte en Palestina bezocht hij de woestijnmonniken. Met vriend Gregorius leefde hij een tijd als kluizenaar in de buurt van een klooster. Hij vestigde daarna een eigen gemeenschap en schreef leefregels voor het monastieke leven. Vanaf nu ontwikkelde zich een monnikendom dat meer sociaal was. Net als zus Macrina was hij onder de indruk van het sociale radicalisme van Eustathius, bisschop van Sebaste. Ascese ging daarin hand in hand met de nadruk op gelijkheid van mannen en vrouwen en met veroordeling van slavernij. Het huwelijk werd veroordeeld, maar gemengde leefgemeenschappen waren toegestaan. Zorg voor armen en zieken stond hoog in het vaandel. Macrina liet dames van voorname komaf en slaven dezelfde leefstijl delen. Gedachten van Basilius werken tot op de dag van vandaag door in de kloosters van de Oosters-Orthoxoden. Maar zelf leefde Basilius maar vijf jaar als monnik, omdat hij in 364 priester werd en in 370 bisschop van Caesarea. Begaan met de armen en de zieken liet hij even buiten Caesarea een groot zorgcomplex bouwen, bijna een hospitaalstad met speciale wijken voor lepralijders, chronisch zieken, armen, vreemdelingen en mensen met geestelijke stoornissen en beperkingen. Opsporingsteams brachten de patiënten er naar toe.
Inderdaad, een rijk gevuld getuigenis, het leven van deze Basilius.