Mahatma Gandhi (2 oktober 1869, Porbandar, India – 30 januari 1948, New Delhi, India)

‘Jullie christenen dragen zorg voor een document dat genoeg dynamiet bevat om alle beschavingen op te blazen, de wereld op zijn kop te zetten en vrede te brengen aan een door gevechten verscheurde wereld’

In India is 2 oktober zijn gedenkdag. Een Hindoe op een christelijke getuigenkalender? In het geval van Gandhi kan daar weinig discussie over zijn. Jezus was voor Gandhi een belangrijke inspiratiebron. De woorden van de Bergrede waren voor hem goudomrand. Met zijn eigen keuze voor actief geweldloos verzet tegen discriminatie en onderdrukking door de Britten inspireerde hij vervolgens Martin Luther King in zijn even geweldloze strijd voor burgerrechten van de zwarte bevolking in de VS. En vele anderen. In de Hitlertijd wilde Dietrich Bonhoeffer naar Gandhi toe om ervaringen op te doen voor het predikantenseminarie dat Bonhoeffer ging opzetten voor de Belijdende Kerk. Hij was welkom in zijn ashrams, maar het is er niet van gekomen. In zijn briefje aan Bonhoeffer herinnert Gandhi hem er aan dat er wel vegetarisch gegeten wordt.
Ooit stond ik met andere theologen op het aftandse station van Pietermaritzburg, Zuid-Afrika. Een plaquette gaf aan dat het daar begonnen was. De jonge advocaat Gandhi was er uit te trein gezet omdat hij weigerde met zijn kaartje eersteklas in de derde klas plaats te nemen. Deze discriminatie van Indiërs maakte hem tot een strijdvaardig pleitbezorger van hun burgerrechten. Beroemd werd het vreedzaam verzet van 1906 tegen de ‘pasjeswetten’. Dit jaar precies een eeuw geleden keerde hij van Zuid-Afrika terug naar India, net als Zuid-Afrika toen nog onder Brits bewind.
Gandhi heeft door zijn eigen optreden ongetwijfeld ook bijgedragen aan bijstelling van het christelijke beeld van Jezus! Wat leek hij op hem, in zijn witte kledij, zijn sobere leven, zijn volstrekte solidariteit met de armsten, de ‘onaanraakbaren’ die hij ‘kinderen van God’ noemde. Hij ging voorop in een lange zoutmars van 600 km naar de Oceaan, heel wat vreedzamer dan de lange mars van Mao tezelfder tijd in China, als een Jezus die door Galilea en Judea mensen op sleeptouw neemt voor het Koninkrijk van God. En hij liep ook niet weg voor het risico van een gewelddadige dood. Die vond plaats op 30 januari 1948. Kort na die moord gaven de Britten hun kolonialistische greep op het subcontinent van India-Pakistan op.
En nog altijd zijn er gemeenschappen in India die helemaal in zijn geest leven. Veel idealen zijn helemaal niet verwezenlijkt. Maar wie heeft gezegd dat de tocht kort zou zijn?
Gandhi 3