Harmen Jansen

theologie, kerk en samenleving

  • Home
  • Heiligenkalender
  • Mijn publicaties
    • Mozesboek
    • Artikelen
    • Overige boeken
  • Activiteiten
  • Kerk en Theologie
    • Kerk
    • Theologie
  • Opgemerkt
  • Geschiedenis
  • Heiligenkalender januari-april
  • Heiligenkalender mei-augustus
  • Heiligenkalender september-december

BDS? Wapens leveren?

Posted on 05/03/2022

Maart 2022, Europa

We accepteren niet dat er slechts gesproken wordt over ‘een conflict’, in plaats van dat de ernstige feiten bij de naam worden genoemd: eenzijdige aanval, agressieve invasie, bezetting
We vaardigen sancties uit en beginnen een vergaande economische en culturele boycot en grote desinvesteringen die rechtstreeks de bevolking raken en niet alleen de machthebbers en de ondernemingen die betrokken zijn bij de invasie en de bezetting
We sturen wapens naar de bevolking die onder de voet gelopen wordt en noemen hun militaire (machteloze en uitzichtsloze) strijd tegen de komende bezetting een vrijheidsstrijd. Wie zich aanmeldt voor persoonlijke deelname in het vreemdelingenlegioen zal geen strafvervolging ondergaan wegens ‘vreemde krijgsdienst’.
We sympathiseren daarbij met de bedreigde bevolking symbolisch door de nationale kleuren in onze sociale media en onze tv-programma’s op te nemen.
We nemen de vluchtelingen ruimhartig op en zorgen voor recordopbrengsten van de noodoproepen van de hulporganisaties.
We veroordelen de initiator van de inval als agressor en juichen bij voorbaat een toekomstig arrestatiebevel van de staatsleiders door het internationale Strafhof vanwege oorlogsmisdaden toe. De EU erkent versneld het aangevallen volk als toekomstige lidstaat.

Vervang hierbij Rusland en Oekraïne door Israël en Palestina, wat krijgen we dan?

Het politiek en kerkelijk jargon spreekt daarin stelselmatig eufemistisch over ‘het Israëlisch-Palestijnse conflict’, terwijl het gaat om een invasie (1967) en een bezetting (sindsdien), met een militaire overmacht, met voortdurend volstrekt ongelijke aantallen doden. Ongeveer 1 op 100.
Er gelden alleen op heel kleine schaal sancties en desinvesteringen. Pleidooien voor BDS worden afgewezen, de pleitbezorgers ervan gebrandmerkt als antisemieten, sinds enige jaren zelfs met dreiging van de rechtelijke machten met het wapen in de hand van een antisemitisme-definitie opgesteld door het Holocaust-memorial (lees: Israël). De afwijzing van BDS wordt inhoudelijk vaak beredeneerd met argumenten als dat het niet effectief zou zijn, dat het de feitelijke aanstichters van het onrecht niet raakt, dat het vooral onschuldigen (lees: de burgerbevolking) of zelfs vooral de slachtoffers treft.
Het onderdrukte volk wordt weggezet als gevaarlijk, bereid tot terreur, een volk van terroristen. Organisaties waarvan vermoed wordt dat ze wel eens geld hebben ‘doorgesluisd’ naar gewapende opstandelingen worden geschrapt van de subsidielijst van NGO’s (zelfs als het niet waar is).
Tal van kerkelijke en politieke organisaties gebruiken het symbool van de bezettende macht: de Israëlische vlag, de kleuren wit en blauw met de bekende ster. Wie met een Palestijnse vlag zwaait is sympathisant van terroristen.
Aan financiële steun voor allerlei projecten in Palestijns gebied heeft het decennialang niet ontbroken. Maar we laten al jaren allerlei moedwillige vernieling en sabotage door kolonisten en het Israëlische leger zo goed als onbesproken en zonder gevolgen voor de steun aan Israël. En kerkelijke steun aan zelfs heel kleine en vreedzame opbouwprojecten onder Palestijnen ligt voortdurend onder het vergrootglas van ‘partijen’ die zelf zorg dragen voor een veelvoud aan steun voor Israëlische partners.
We sympathiseren met de bezettende macht; de EU heeft bijzondere relaties met deze staat; we verschaffen met een religieuze ideologie over een bijzonder verbond van God met dit volk in dit land en dus met deze staat de ideologische software voor de doorgaande bezetting.

Conclusie?

Erg leerzaam in elk geval, deze vreselijke eerste week van een nieuw tijdperk in Europa.
We moeten erkennen dan we als land, als westerse volkeren, als kerken hypocriet zijn en met twee maten meten.
We moeten snel voorzichtiger worden ten aanzien van sancties, boycot en desinvesteringen, en zorgen voor meer nuance. Waarom geen Russische kunst meer in de Hermitage in Amsterdam? Waarom Ikea weg uit Rusland? Boycot van wetenschappers? Raakt dit Poetin, of misschien wel vooral onschuldige burgers en mensen die juist kritisch zijn?
Laten we waakzaam blijven tegen demonisering van alle Russen of van Russische cultuur of de Russische bevolking. Waarschijnlijk onderschatten we zwaar hoe lang en hoe diepingrijpend het volk al is gehersenspoeld door de eigen staatsmedia, de propaganda, de nationalistische kerkleiding. God, heb medelijden ook met dit arme en misleide volk. Ook Europeanen: broeders en zusters.
Maar laten we – binnenkort, nu heeft de opvang van Oekraïense vluchtelingen en het indammen van het Russische geweld de hoogste prioriteit – dan ook eerlijker worden in de terminologie en de beeldvorming over Palestina, Palestijnen, het Palestijnse verzet; meer begrip tonen voor de neiging tot gebruik van geweld door dat verzet. Waarom heet het geweld van Israël geen terreur en worden de excessen niet veel vaker aan de orde gesteld? Waar blijft de strafvervolging door het Internationaal Strafhof?
Laten de kerken aan grondiger onderzoek doen van de eigen Israël-ideologie. Laat de EU en laten de regeringen de bevoorrechte positie van Israël tegen het licht houden.
Kortom: laten we eendrachtiger en krachtiger het einde van de bezetting, de etnische zuivering en de sluipende annexaties bespoedigen en daarvoor de beschikbare niet-militaire middelen inzetten. Waaronder ook BDS en bijvoorbeeld het afzien van het organiseren van kerkelijke en christelijke ‘Israëlreizen’. Laat ook de inzet van een VN-vredesmacht in Gaza en op de Westbank niet langer onbespreekbaar zijn, die toeziet op geweldloos samenleven van beide volken, op ontmanteling en inperking van een reeks kolonistensettlements en de opbouw van een Palestijnse democratische rechtstaat.
We kunnen niet druk zijn met de ene oorlog en wegkijken van de gevolgen van andere oorlogen waarin we betrokken waren.
We moeten alerter worden op de racistische balk in ons eigen oog die ons belemmert om een Arabisch volk (en alle Arabische volkeren met hen) als gelijkwaardig en gelijkberechtigd te zien aan het Joodse volk.

Posted in: Opgemerkt | Tagged: Europa, Israël, Palestijnen

Lezers reageren op mijn boek ‘In het labyrint van Mozes’

Posted on 25/07/2019

Verschenen juni 2019, 267 blz., € 21,99 incl verzendkosten

Voor meer info en bestelling: https://www.boekscout.nl/shop2/boek.php?bid=9622

Jouw nadruk op de pastoraal-psychologische therapie van de Tora gaf mij een frisse en verrassende kijk op de Tora. Zo ook de spirituele weg, die je steeds opnieuw in de verhalen van de Tora ontdekt en op een heldere manier beschrijft a.d.h.v. de vier mystagogische modellen. Dit is voor mij een heel nieuwe manier om de Tora te lezen.
(een collega)

‘Mij trof vooral de leesbaarheid. Voor een leek als ik … ik kon soms bijna niet stoppen’

‘Ik heb er een aantal zeer aangename en inspirerende uren mee doorgebracht. Mijn hartelijke dank daarvoor!’

‘Een mooi, goed geschreven, onderhoudend en boeiend boek! Allereerst heb je me de ogen (opnieuw) geopend voor de rijkdom van de Tora. Jij opent een nieuwe wereld voor me die ik buitengewoon boeiend en inspirerend vind. Enkele hoofdstukken (zoals bijvoorbeeld hoofdstuk 6, over mystagogie) zal ik beslist herlezen en anderen te lezen aanbevelen. En ik was al evenzeer verrast door de rijkdom van taal en de speelsheid en creativiteit van denken waarmee je deze leeservaring opdient. Prachtig!’

‘Intertekstualiteit’ blijkt een instrument te zijn dat allerlei nieuwe deuren in de bijbelwetenschap opent en daardoor ruimte maakt voor avontuurlijke hermeneutische methodieken. Ik heb bewondering voor je greep op de (tekst)materie en je vermogen om met behulp van de chiastische lezing van de Tora verrassende inzichten tevoorschijn te toveren. Het was heel spannend om teksten die doorgaans in het schemerduister blijven in prediking en theologie nu ineens te zien oplichten via dwarsverbanden.

‘Ben met veel genoegen je boek ‘In het labyrint van Mozes’ aan het lezen. Geniet er enorm van!’

‘We werden door jouw boek aangezet om tijdens onze week retraite de Tora zelf te gaan lezen. Met je boek erbij gingen we zelf allerlei details in de tekst opmerken. Jammer dat de week voorbij is.’

‘Ik denk dat ieder die eenmaal deze leerroute met jou heeft doorlopen nooit meer kan vergeten hoe die beweging van liefde, hoop en geloof en weer terug: geloof, hoop en liefde, verbonden zijn met de vele verhalen uit de Thora. (…) In mijn optiek is deze omgang met de Thora voor ‘de mensen van de weg’, in deze eeuw, behulpzaam en vruchtbaar. De originaliteit van je vondsten werkt prikkelend en wekt de lust om mee te doen.’

‘Als ik op de achterflap lees, dat bij toepassing van de verborgen code zich een drieledige instructie voor spiritueel lezen opent die niet aan tijd, plaats of volk gebonden is, maakt me dat alert. (..) Kom je uit bij een soort algemene handleiding voor een goed leven, een universele levenskunst, een spirituele gids los van iedere context? Soms lijkt het inderdaad deze kant op te gaan, maar dan zijn er weer tal van teksten die dat beeld corrigeren. Ik lees je boek ook met herkenning, de mystagogische benadering kan heel zweverig worden, maar ook zeer aanspreken. En ik lees in je boek ook de oogst van een leven lang bijbellezen als dominee en als theoloog, het verlangen om je vondsten te delen.’

‘Door wat je schreef over compassie en Grote Verzoendag ben ik in een moeizame verhouding met iemand vanuit het slachtoffer-zijn naar het slachtoffer-af-zijn gestapt met alle verantwoordelijkheden van dien. Een moeilijke beslissing.’

‘Het hoofdstuk over Paulus vond ik prachtig! Ik heb er veel van geleerd en kijk nu toch anders tegen hem aan.’

‘Boeiend! De onhistorische exegese van kerkvaderlijke origine was soms zo gek nog niet. Het is bij tijde een bevindelijk boek van je geworden. Een spirituele uitleg van de Tora zoals jij die hanteert zou de abrahamitische religies weleens meer kunnen verbinden dan ze zelf voor waar houden’

Correcties op de tekst van het boek

Erick Zenger, pag. 38, was geen nieuw- maar een oudtestamenticus.
De RK hoogleraar uit Münster publiceerde veel over de Psalmen en de Tora. Hij is een van de weinige gerenommeerde bijbelwetenschappers die het chiasme van de Tora onderkende. Hij noemde het in zijn Einleitung in das Alte Testament, waarmee het bij de basiskennis hoort die een uitlegger van de Tora met zich mee moet dragen. Zijn schema was nog globaal. Mijn boek werkt het veel gedetailleerder uit waardoor het ook een groter uitlegkundig belang krijgt.

Posted in: Mozesboek | Tagged: Israël, Jezus, jodendom, Palestijnen, Paulus, spiritualiteit, Theologie, Tora

Felicia Langer

Posted on 25/07/2019

Het is verboden om stil te blijven. Stilte kan ook doden.

* 9 december 1930, Tarnov (Polen)
† 18 juni 2018, Tübingen

Een getuige van hoop. Ze was een joodse communiste, geboren in Polen. Familieleden die niet naar Sovjet-Rusland hadden weten te vluchten, overleefden de Holocaust niet, zij en haar ouders wel. Ze kon daarom niet veel kwaad horen over Sovjet-Rusland, ook al overleed haar vader in een Sovjetkamp aan ontbering. Ze trouwde met een Pool die héél zijn gezin was verloren. Samen emigreerden ze naar Israël, uitsluitend omdat ze haar moeder niet alleen wilde laten, want het zionistische verhaal van ‘de Terugkeer van het Joodse Volk na 2000 jaar’ vond ze maar een mythe. Veel opvang hadden ze niet. Ze leerde zichzelf het Ivriet. De jaren van avondstudie met een kind thuis waren loodzwaar. Ze was lang lid van de communistische partij. En ze werd advocaat. Maar zaken als verdediging van prostituees boeiden haar niet. Ze groeide uit tot belangenhartiger op het terrein van burgerrechten. Dat lag in de lijn van haar ervaringen. Ze was erg geschokt van de Zesdaagse Oorlog, maar dan vooral vanwege het treurige lot van Egyptische soldaten in de woestijn en de platgewalste Palestijnse dorpen. Het ideaal van een onverslaanbare Joodse staat was niet het hare. Zij was een van de eerste Joods-Israëlische juristen die in processen tegen de staat Israël de nek ver uit staken voor Palestijnse burgers uit door Israël bezet gebied. Ze heeft er in 23 jaar tijd een paar duizend verdedigd, waaronder prominente ‘vijanden van de Joodse staat.’ In 1990 sloot ze haar kantoor en emigreerde ze naar Duitsland. De reden was niet dat ze niet rijk werd van dit werk. Het werk werd haar onmogelijk gemaakt. En ze vond ook dat haar werk misbruikt werd als vijgenblad om de schaamte van grootschalige ontrechting te bedekken.
In Duitsland kreeg ze uit handen van president Köhler een belangrijke onderscheiding. Dit riep heftige reacties op, in Duitsland en van internationale joodse zijde. Ze werd gebrandmerkt als verraadster en antisemiet. Maar ze wilde juiste een brug slaan. ‘Met hart en ziel’ was de titel van haar autobiografie. Ze wist dat ze de vrede niet zelf zou meemaken, vertelde ze een interviewster. Maar haar kleinzoon verzekerde haar dat hij die wel zou zien. En zo lijkt ze een beetje op Mozes die het land van de belofte niet zelf mocht binnengaan, maar vanaf de Nebo wel een inkijkje kreeg.

2019

Posted in: Uncategorized | Tagged: Israël, Palestijnen, Tweede Wereldoorlog

Meindert Dijkstra: Palestina en Israël. Een verzwegen geschiedenis

Posted on 24/09/2018

Een prachtig boek over een prachtig gebied met een rijke maar tumultueuze geschiedenis. Een heftig omstreden gebied. Dijkstra heeft een missie. Hij wil mythes ontmaskeren die een funeste rol spelen in het grote Israël-Palestina-conflict. Zo was het land nooit leeg. En het is eigenlijk ook nooit in de geschiedenis een alleen maar Joods land geweest. En dat de meeste Palestijnen van nu eigenlijk ook maar van negentiende-eeuwse immigranten afstammen die tegelijk met de Joden kwamen in dat zogenaamde lege land is ook een sprookje.

Dijkstra is oudtestamenticus en oud-docent oud-oosterse godsdiensten en culturen en kent het gebied ook duidelijk uit veel eigen waarneming. Hij brengt een ongelooflijke hoeveelheid informatie samen in zijn beschrijving van de geschiedenis van de regio vanaf de oudste sporen van de mens tot ongeveer 1918: de tijd van Balfourverklaring, het einde van de Eerste Wereldoorlog en het begin van het Britse mandaat. En het leest goed, want hij heeft een stevige greep op de stof. De indeling in een veertien periodes werkt prima, evenals het duidelijke streven om uit elke periode goed te laten zien welke bevolkingsgroepen er samenleefden en onder welke machtsverhoudingen. Het wordt zichtbaar dat er dankzij immens veel archeologisch en multidisciplinair historisch onderzoek heel veel informatie beschikbaar is. Terwijl we in de toekomst nog meer mogen verwachten, want veel Arabisch en Turks archiefmateriaal is nog niet onderzocht.

Knap vind ik dat hij de lezer niet laat verzuipen in een te grote stroom aan gegevens. Het land zelf is als het ware de verteller dat de lezer dwingt om te kijken naar alles wat er gebeurd is. Dat is dan geen strak afgebakend gebied. Het betreft niet alleen het huidige Israël met bezette Palestijnse gebieden, maar ook aangrenzende gebieden. Bij de geschiedenis van het land horen behalve Filistijnen, Kanaänieten en Israëlische stammen ook Nabateeërs, Edomieten, Samaritanen, pensionado’s van Romeinse troepen, of later alle mogelijke varianten van christendom uit oost en west die er naar toe pelgrimeren, Perzische, Griekse, Egyptische, Arabische en Turkse overheersers, kruisvaarders, missionarissen en handelaars en nieuwe nomadische groepen uit de woestijn die zich settelen nadat in een vorige neergang boeren weer nomaden geworden waren. Naarmate we dichter bij de twintigste eeuw komen wijst Dijkstra ook vaker naar concrete bouwkundige sporen in het land.

De geschiedenis van het land is vaak verteld vanuit het optiek van de stad Jeruzalem, denk aan boeken van Karen Armstrong of Montefiore. Die wekken vooral de indruk van een aaneenschakeling van militaire conflicten, bloedbaden en etnische zuiveringen. Dijkstra weet dat beeld enorm te nuanceren. Op verschillende momenten blijkt dat de grote getallen slachtoffers van veldslagen en bloedbaden uit de beschrijvingen met een grote korrel zout genomen kunnen worden. Dat gold al voor de getallen in de Bijbel, maar ook voor veel later eeuwen. Menige genocide in het Nabije en minder nabije Oosten zal toch niet zo omvangrijk zijn geweest als vaak gesuggereerd. En de impact van de kruisvaarders is beduidend minder geweest dan hun massieve bouwwerken suggereren. Daarnaast hebben andere rampen er soms stevig ingehakt, zoals de pest, sprinkhanenplagen of droogteperiodes. Maar er is ook voortdurend geleefd, geliefd, geloofd, aan onderwijs en cultuur gedaan, aan succesvolle landbouw en handel en aan slim en ook humaniserend en pacificerend bestuur.

En voor de totaalindruk die je overhoudt aan het eind zijn woorden als divers, bont en veelkleurig nodig. Eigenlijk is een natiestaat gebaseerd op één volk, ras of godsdienst maar iets onmogelijks. Niet alleen in dit land, maar waar ook ter wereld. Is de geschiedenis er niet een van voortdurende wisselwerking, verschuiving, verhuizing, uitwisseling? En dat is ook precies zijn doel. Je kunt niet anders dan concluderen dat de joodse staat Israël een historische vergissing is, gedoemd te mislukken. Het past niet bij het land en bij de diversiteit van mensen en hun godsdiensten. En het erfgoed zou aan de rechtmatige eigenaar terug gegeven moeten worden. Heel veel kostbare documenten die Israël als joods erfgoed claimt zijn in feite door Palestijnen gevonden in gebied dat op de moment van de vondst niet onder Israëlisch gezag stond. Anders gezegd: het is roofgoed.

Het boek is eigenlijk veel te dun. Je zou veel meer plaatjes willen, veel meer kaartjes ook. Waar liggen al die plaatsen, waarheen verschoven de grenzen in het verhaal genoemd? En af en toe is de tekst weerbarstig. Het boek komt wat moeizaam op gang en je moet aan Dijstra’s stijl wennen. Het loopt het lekkerst als Dijkstra inzoomt op bijzondere gebeurtenissen en kleurrijke mensen. En wat een innemende foto staat er op de omslag.

Het boek is verontrustend. Het maakt duidelijk hoezeer het kerngebied van het jodendom van de oudheid gevormd werd door het heuvelland van Hebron–Bethlehem–Jeruzalem en dan noordwaarts, dus het gebied dat in 1948 grotendeels buiten de staat Israël bleef: de Westbank die dan nadrukkelijker nog dan daarvoor bevolkt werd door Palestijnen. De Terugkeer was eigenlijk nog maar half gelukt. Geen wonder dat de fanatieke tak van het joodse zionisme gesteund door fanatiek christenzionisme zo aast op dit gebied, en dat Netanjahu’s regering en legermacht gedragen door de meerderheid van de Israëlische kiezers in hoog tempo dit gebied verder koloniseren. Protestantse pro-Israël-dominees hebben het op Israël-avondjes en in hun boeken steevast over Judea en Samaria. Op papier hebben ze de Palestijnen al van de kaart geveegd. De verliezers van de geschiedenis verdienen juist compassie.

uitg. Boekencentrum 2018, 352 p., € 24,99

Posted in: Geschiedenis | Tagged: geschiedenis, Israël, Palestijnen

Fundamentele theologische bestrijding van het christenzionisme

Posted on 27/06/2018

Steven Paas (red.), Het Israëlisme en de plaats van Christus, uitg. Bc-bs, 2017, 327 blz., € 22,50

Steven Paas (1942) is christelijk-gereformeerd theoloog die met deze publicatie opnieuw ten strijde trekt tegen het christenzionisme. Voor dit boek hebben theologen uit orthodox-gereformeerde, Anglicaanse en evangelische kerken in binnen- en buitenland een bijdrage geleverd. Paas zelf schreef een uitvoerig eerste hoofdstuk, prof. Wido van Peursen (VU) een inleiding. Het boek is begin 2018 ook in het Engels verschenen.

Voor lezers bij wie de theologische wind uit een andere hoek waait, is de inzet en de stijl van dit boek wennen. ‘Israëlisme’ is de eigenzinnige term van Paas voor het verschijnsel dat er ‘na Christus’ nog een heel eigen plaats aan Israël – volk, land en godsdienst – in het handelen van God wordt toegekend. Wat hier op de korrel wordt genomen is de theologie van de nog niet vervulde oudtestamentische profetieën over Israël die pas na 1948 met de oprichting van de staat Israël in vervulling zouden zijn gegaan. Het gaat om de theologische kern van dat christenzionisme. Het Israëlisme zet Israël in feite in de plaats waar Christus altijd stond in het christelijk geloof. De terugkeer van joden en hun staatsrechtelijke eigendom van het land der vaderen is theologisch gesproken heilsnoodzakelijk geworden. Zonder Israël geen Koninkrijk van God op aarde, daarom zou het de missie van de Kerk moeten zijn om de wereld tot Israël te bekeren en dit herstel van de natie te bevorderen.

Dit boek gaat minutieus na hoe het zit met die oudtestamentische profetieën en hun vervulling of onvervuldheid. Het maakt het boek dik en omslachtig. Toch groeide al lezend mijn sympathie. Hier wordt het vak bijbelse theologie ouderwets gedegen beoefend. Bijbelse theologie die uitgaat van de eenheid van de Schrift en die de Schrift eerbiedig leest als Stem van de Ene, met respect voor de eigen kleur van de auteurs en met grote aandacht voor de historische context. Steen voor steen wordt zo het Israëlisme ontmanteld. De lezer krijgt stevige lessen nieuwtestamentisch interpreteren van het Oude Testament, naast ook gewoon in beter lezen wat er staat. De landbeloften, de beloftes van een vernieuwing van Israël of van het opnieuw wonen van God te midden van zijn volk in zijn vernieuwde tempel, zijn al in Christus vervuld, of aan hun vervulling begonnen. Jezus is samen met zijn gemeente die ‘tempel’, God wonend onder mensen. Joden en niet-joden vormen daarbij samen Gods volk. En dat breidt zich uit over de hele wereld. De hele aarde is bestemd om ‘hof van Eden’ te worden. De missie van de Kerk is dan om wereldwijd de mensen te winnen om deel te worden van de nieuwe tempelgemeenschap van joden en niet-joden die samen leven in eerbied voor de Eeuwige. Er wordt geen ánder Koninkrijk verwacht dan het Koningschap van Christus, dus niet daarnaast nog een ‘herstel van het koninkrijk van David’. Da Costa in de 19de eeuw en alle christenzionistische uitleggers na hem lezen op dit punt Handelingen 1 niet goed. En om de ‘terugkeer’ vanaf 1880 (en niet pas in 1948) en wat er verder historisch volgde in het land van de Bijbel in bijbelsche schema’s te passen moeten Restaurationisten en Chiliasten of hoe ze ook mogen heten, wel erg veel water in de bijbelse wijn doen. Staat er in dat Oude Testament niet nadrukkelijk en bij herhaling dat ommekeer tot de Heer en zijn geboden de voorwaarde is om te mogen terugkeren? Christenzionisten hebben het helemaal omgedraaid: terugkeer en (met hulp van christenen) terug brengen de Joden gaat vooraf aan hun verhoopte bekering ooit eens wellicht toch tot de Messias. En over de visioenen van Ezechiël of Zacharia 14 worden de bladzijden soms sarcastisch, uit verbazing over het vrome maar ideologische geknutsel met teksten om de contemporaine geschiedenis er in terug te kunnen lezen.

Deze theologen gaan dus door het vuur voor de klassieke christelijke vervullingsgedachte. Jezus Christus is het centrum van Gods openbaring, maatgevend voor de uitleg van het Oude Testament. In het Nieuwe Testament worden de beloftes uit het Oude Testament niet ‘vergeestelijkt’, maar ze worden ‘geuniversaliseerd’. Met deze op zich lelijke term – gebruikt door christen-Palestijnse leerlingen van N.T. Wright en hier door anderen ook overgenomen – wordt aandacht gevraagd voor de manier waarop het Nieuwe Testament heel de taal van het Oude gebruikt om te belichten wat de betekenis is van de verschijning van Christus. Je kunt overal op aarde en ongeacht je etniciteit deel hebben aan datgene wat in het Oude Testament werd toegezegd. ‘De plaats van echte aanbidding is geuniversaliseerd tot elke plaats waar de Geest woont in echte aanbidding’ (95), aldus het gesprek van Jezus met de Samaritaanse vrouw in Joh.4, een passage die veel wordt aangehaald. Omdat Jezus zelf het Israël van God is geworden – lijfelijk en aards – ‘erft’ hij niet alleen het land, maar de hele aarde als terrein van zijn koningschap. Een andere tekst die herhaaldelijk terugkeert is de zaligspreking uit Mt. 5 waarin Jezus de armen van geest niet het land maar de aarde laat beërven. De tijd van de ‘wederoprichting van alle dingen’ is bij Lucas al lang voor 1948 begonnen, namelijk op Pinksteren (157). Nergens in het NT staat een profetie over een joodse terugkeer uit ballingschap. Laat staan over een herbouw van de tempel.

Sommige uitspraken zijn echt gewaagd, als je oren gewend zijn aan de retoriek van de theologie van de ‘onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël’. Laten Joden maar blij zijn dat God hun speciale oudtestamentische positie niet heeft gehandhaafd, de ‘verbondsoordelen’ geprofeteerd tot de Joden treffen hen dan ook niet in meerdere mate dan andere volken (39). Israël is niet langer hét uitverkoren volk van God waarmee Hij nog bijzondere bedoelingen heeft (10). Het onderscheid tussen Israël en de volken is niet meer theologisch relevant (209 voetnoot). Je hoeft van deze auteurs ook niet eerst in de leerschool bij joodse denkers en joodse schriftgeleerdheid om de Bijbel te kunnen uitleggen: de enige bladzijden over het na-christelijke religieuze jodendom gaan over de verschillende vormgevingen van het messianisme sinds de opkomst van het moderne zionisme. En een beetje joodse feesten gaan vieren in de Kerk of toeristische gemeentereisjes naar Jeruzalem betitelen als ‘pelgrimeren’ kan na lezing van de bijdrage van Theo Pleizier (PTHU) ook niet meer. Als het Avondmaal de belangrijkste ceremoniële praktijk is van de christelijke spiritualiteit, gaat er iets mis met de spirituele focus op Christus als je dit gaat mengen met het joodse Pesach. De Kerk is het joodse volk niet (p. 216). En bij de geografie van diezelfde spiritualiteit hoort dat we de Heer ontmoeten in de lokale gemeente. Reizen naar Jeruzalem brengt niet dichter bij de Heer. Religieus toerisme moeten we niet verwarren met pelgrimage, want de pelgrim naar het Koninkrijk van God zal meer interesse hebben in mensen (Joden én Palestijnen) dan in dode stenen. En over de eschatologie van de christelijke spiritualiteit wil hij vooral benadrukken dat die het probeert uit te houden in de mist van de geschiedenis en géén eenduidig licht heeft over de vraag aan welke kant God staat in allerlei politieke conflicten. Amen.

Aan politiek wordt in dit boek nauwelijks gedaan. Bekommernis over de ernstige schending van mensenrechten en specifiek van de volkerenrechtelijke positie van de Palestijnen ben ik eigenlijk niet expliciet tegengekomen. Over de islam wordt vooral negatief gesproken: moslims zijn verslaafd aan hun slachtofferrol en niet alleen de joden maar de ook Palestijnse christenen hebben niet veel goeds van hen te verwachten (Miller, 204v). Gelukkig brengt de opmerking van Jos Strengholt dan weer evenwicht, dat het jezelf verliezen in eschatologische bespiegelingen ook slecht is voor het zicht op Gods liefde voor de wereld, inclusief het islamitische deel ervan (311). Dat het moderne zionisme een seculiere beweging is en dat de staat Israël een seculiere natiestaat is, wordt wel onderstreept. De restaurationalisten, chiliasten en christenzionisme die er eschatologische chocola van maken zijn niet alleen knutselaars en neo-gnostici maar ook gevaarlijk. Dat ook. ‘De politieke implicaties van het Dispensationalisme zijn enorm’ (200). Sizer legt er de vinger bij dat het christenzionisme niet alleen ideologisch maar ook financieel verbonden is met joodse groeperingen die gevaarlijke plannen hebben met de moslimheiligdommen op de tempelberg (278vv).

Maar deze theologische en spirituele terughoudendheid ten opzichte van grote politieke visioenen is precies wat nu urgent is. Het optreden van Trump en zijn doordenderende pro-Israëlpolitiek waarbij de VS nu zelfs de mensenrechtencommissie van de VN verlaat, laat zien hoe belangrijk zulke theologie is. Trump leunt op een brede christenzionistische achterban, die ook in Nederland de politiek telkens weer aardig weet te gijzelen als het om de Israëlpolitiek gaat. Het is echt belangrijk dat orthodox-protestantse en evangelische theologen en kerken in beweging komen. Zij die in hetzelfde taalveld van heilshistorische theologie zitten kunnen de missie van bestrijding van het politiek verderfelijke christenzionisme beter vervullen dan zij die dat niet zitten. En dat Paas deze koe bij de horens vat maakt dit een belangrijk boek.

Waarin verschilt deze theologie van die van bijvoorbeeld veel sympathisanten van Kairos-Sabeel? Ik kan het misschien illustreren aan de hand van de bijdrage van G.K. Beale. Aan het slot ervan wordt die nogal vermoeiend als hij wil uitleggen dat de fysieke vervulling van de landbeloften in het Nieuwe Testament begint met de lichamelijke opstanding van Christus. Het wordt een gegoochel met de begrippen geestelijk, fysiek en lichamelijk. Ik zou zeggen: wat is er lijfelijker en fysieker dan een historische Jezus van Nazareth die het brood eerlijk verdeelt zodat de hongerige wordt gevoed en die een nieuwe sociale samenhang sticht waarin kinderen weer onbekommerd mogen spelen, vrouwen niet worden onderdrukt en armen niet worden uitgebuit? Authentieke vervullingstheologie kan ook wel met minder stellige grote woorden. En doe mij vooral maar heel veel van wat Theo Pleizier bepleit: ‘ernaar streven in het hier en nu, met aandacht voor het alledaagse en het gewone, recht te zoeken, dienstbaar te zijn en lief te hebben’ (224).

(juni 2018)

Posted in: Theologie | Tagged: bijbeluitleg, Israël, Palestijnen, Theologie

Voor een gezellige wereld heb je christenen nodig

Posted on 26/10/2017

De uitspraak is van Qadoera Fares, een Palestijn die een belangrijke rol speelde tijdens de eerste Intifada en die jarenlang in Israëlische gevangenschap heeft gezeten. Hij is een van de vele zegslieden die aan het woord komen in het boek van Els van Diggele, We haten elkaar meer dan de Joden. Tweedracht in de Palestijnse maatschappij. Het is een belangrijk boek. In de media wordt er afgedongen op haar zwarte kijk op de Palestijnse samenleving, maar ik zie daar weinig reden toe. Het is wel een eenzijdig verhaal, maar daarom niet per se onjuist. Ze spreekt een onafzienbare rij insiders en laat via wisselende invalshoeken zien hoe beroerd de Palestijnse samenleving er politiek gezien voor staat. Het is een politiek diep verscheurde samenleving, verdeeld in twee politiestaten vol corruptie, onderlinge terreur, tegen elkaar optredende ‘veiligheidsdiensten’, met een toenemende invloed van islamisten, met juridische willekeur en met martelpraktijken als systematisch onderdeel van politie en justitie. Niet van Diggele, maar haar zegslieden zelf, vaak onderdeel (geweest) van Hamas of Fatach, zien geen hoop. Het boek eindigt ongeveer bij het gedwongen aftreden van Salam Fayyad, de premier die op de Westbank tussen 2007 en 2013 orde op zaken wist te stellen (wat zegt het over onze pers dat er bij die naam helemaal geen belletje bij me ging rinkelen?) Hij werd als pion geofferd in het schaakspel van Abbas met Hamas in Gaza en andere rivalen. Fayyad deed vooral niet mee met de neiging om van alles wat niet goed gaat naar de bezetter te wijzen. Het mocht onder de bezetting niet beter gaan. En al helemaal niet onder leiding van iemand die zich niet wilde laten inlijven bij de grootheden Hamas, Fatach, PLO, of een (andere) islamistische groepering.
Het boek is bewust eenzijdig. Het bestudeert alleen de politieke verdeeldheid van de Palestijnse samenleving en de lange geschiedenis ervan. Het gaat dus inderdaad voorbij aan de Israëlische bezetting en het eventuele Israëlische belang of zelfs een Israëlische rol bij de verdeeldheid en interne rivaliteit  (maar laat die bezetting heus wel voelen). Maar ik ben het met haar eens dat het plaatje nooit compleet is als we vanuit het westen aan de interne cultuur voorbij kijken. Het boek laat zien hoezeer de Palestijnse samenleving inderdaad het Midden-Oosten is. Overwegend islamitisch, gestempeld door tribalisme, ‘woestijncultuur’ zoals sommige zegslieden van EvD het benoemen, op zijn hoogst halverwege het ontwikkelen van een democratische rechtstaat met een scheiding der machten, geremd door sterke islamistische sympathiën en geldstromen.
Het is dus niet het hele plaatje. Integendeel. En of ze als historica objectief genoeg was en bleef kan ik niet beoordelen. In elk geval gaat ze in mijn ogen bij de beschrijving van 1948 veel te kort door de bocht. Dat de Arabieren in Palestina de ramp, de Naqba, in 1948 over zichzelf afriepen, aldus de eerste zin van het superkorte hoofdstukje over 1946-1948, is een ongefundeerde conclusie vooraf. De interne verdeeldheid van de jaren ’30 was zeker een ramp, maar de hele aanloop naar 1948 was een optelsom van vele rampen. Het is nog maar zeer de vraag of het met grotere eensgezindheid aan Palestijns-Arabische zoveel anders was gelopen. Boeken als die van Tom Segev over het Britse mandaat van 1917-1948 of van de joodse historicus Ilan Pappe (beide wel in haar literatuurlijst) laten weinig ruimte voor de gedachte dat het joodse zionisme van de eerste helft van de vorige eeuw had kunnen uitlopen op een binationale staat met gelijkberechtiging voor beide volkeren.
Maar de hoofdlijn van haar betoog is denk ik dat het met Abbas gewoon niet goed gaat komen. Hij is een even grote ramp als Arafat was, en hoe desastreus diens leiderschap is geweest, wordt breed uitgemeten. De Nobelprijs voor vrede was volstrekt onverdiend. Wie om Palestijnen geeft moet dus niet alleen de Israëlische bezettingspolitiek bestrijden, maar ook willen dat de manier waarop er aan Palestijnen steun wordt verleend, kritisch tegen het licht wordt gehouden. Van wie zijn we bondgenoot?
Wat er ook in het plaatje ontbreekt is de samenleving op sociaal-cultureel niveau. Het gaat over de politiek en de druk van de verdeeldheid, corruptie en de onveiligheid. We horen niets over Palestijnse culturele en religieuze organisaties of hoe het leven in een dorp of stad of vluchtelingenkamp door gaat. Ook niet hoe ngo’s misschien tussen alle politieke mijnenvelden heen manoeuvreren. Ik moet hierbij denken aan een ontmoeting met Rania Murrah, enkele jaren geleden, een Palestijnse leidinggevende van het Sumud-house in Bethlehem (verhalenhuis, met steun uit Nederland tot stand gekomen). Zij schetste een beeld waarin Palestijnse vrouwen dubbel lijden: niet alleen onder de bezetting, maar ook onder een primitief Arabisch rechtssysteem waarin vrouwen minder rechten hebben dan mannen, waardoor de laatste gemakkelijk wegkomen bij huiselijk geweld.
Dat brengt me terug bij het citaat over de christenen. Heel even komen de christenen om de hoek kijken: omdat zij café’s in Rammallah bezitten kun je daar alcohol drinken en gemengd dansen. Dat geeft denk ik precies aan waarom de presentie van het christendom in het Midden-Oosten nodig is. Er gaat een matigende invloed van uit.
In de lectuur van de Palestijnse theologen die we als sympathisanten in Nederland lezen, komen we de analyses van hun eigen samenleving zoals Van Diggele die geeft in directe zin niet tegen. Maar wel indirect! Ik denk aan de hartstochtelijke wijze waarop Naim Ateek de weg van de geweldloze inzet en strijd om recht en verzoening bepleit, in theologie en praktijk – dus precies als Palestijns alternatief voor al het geweld zoals Van Diggele dat beschrijft als veroorzaakt door het  DNA met dubbele helix van oude woestijncultuur en van islamistische ideologie. Ik denk ook aan de parallellen die Mitri Raheb, theoloog in Bethlehem, trekt tussen het leven onder Romeinse bezetting aan het begin van de christelijke jaartelling en die onder Israëlische bezetting nu. Het is een sterke en daarom riskante manier van ‘framing’. Maar het betekent niets minder dan dat de politieke verdeeldheid en machtspolitiek van nu ook heel erg lijkt op die tussen de rivaliserende facties en bendes die in het jaar 70 samen hebben geleid tot de joodse ondergang in Palestina. Als Abbas een soort koning Herodes is ziet het er gewoon somber uit voor een goede afloop van ‘de Palestijnse zaak’. Mitri Raheb bepleitte heel nadrukkelijk het achter zich laten van slachtoffergevoelens, om plaats te maken voor een ‘cultuur van het leven’. De boodschap van Jezus is superactueel.
Dus ook na Van Diggele blijft het een schandaal dat het Nederlandse christendom zich 100 jaar na Balfour niet veel vierkanter tot bondgenoot maakt van de Palestijnse christenen, van vredesbewegingen aan weerskanten van ‘de Muur’ en daarmee van het Palestijnse volk dat dubbel lijdt, zowel onder de bezetting als onder haar eigen gewelddadige tribale mannencultuur.
26/10/17

Posted in: Geschiedenis, Opgemerkt | Tagged: geschiedenis, Israël, Palestijnen, politiek

Mijn voorpagina´s in de Protestantse Kerkbode van 2016

Posted on 30/12/2016

Verhulst en Tora: Bloedboek?
http://www.pgwh.nl/nl/290-dominee-harmen-jansen/472-bloedboek

Veranderde visie op Israël
http://www.pgwh.nl/nl/187-ongecategoriseerd/470-veranderde-visie-op-israel

Emigreren of pelgrimeren (over hemelvaartsdag, een boek van Gied ten Berge en omstreden praktijken van Christenen voor Israël)
http://www.pgwh.nl/nl/290-dominee-harmen-jansen/471-emigreren-of-pelgrimeren

Zijn wij niet allen landlopers? (over een schilderij van Jeroen Bosch)
http://www.pgwh.nl/nl/290-dominee-harmen-jansen/469-zijn-wij-niet-allen-landlopers

Duurzaamheid? Floreerbaarheid! (Naar aanleiding van de film ‘Cowspiracy’)
http://www.pgwh.nl/nl/290-dominee-harmen-jansen/497-duurzaamheid-floreerbaarheid

Geloofsgemeenschap? Vriendengenootschap!  (naar aanleiding van een nieuwe publiciteitscampagne van de PKN)
http://www.pgwh.nl/nl/290-dominee-harmen-jansen/496-geloofsgemeenschap-vriendengenootschap

 

 

Posted in: Kerk, Opgemerkt, Theologie | Tagged: bijbeluitleg, ethiek, Israël, kunst, Palestijnen, PKN-zaken, politiek, spiritualiteit, Theologie

Nu even niet solidair met Israël (‘Te gast’ Leeuwarder Courant 28-11-2015)

Posted on 30/11/2015

Geachte collega Bottenbley

Maandag heeft u in Drachten een demonstratie aangevoerd om solidariteit te betuigen aan Israël. Met het zwaaien met Israëlische vlaggen liet u er geen misverstand over bestaan dat u daarmee de staat Israël bedoelde en niet alleen maar algemeen ‘alle Joden in de wereld’. De demonstratie moest volgens de LC een tegenwicht bieden tegen alle steun in Nederland aan de Palestijnen in de bezette gebieden.

Ik ben geschokt. Een prominent christen als u plaatst zich vierkant achter het huidige Israël!? Het Israël van Netanjahu dat om de zoveel jaar dood en verderf en haat zaait in Gaza om de eigen nieuwste snufjes in wapentechnologie uit te proberen – met meestal 100 x zoveel doden ten gevolge als de wapens van boze Gazanen. Israël dat als het gaat om Palestijns grondgebied stelselmatig alle VN-resoluties aan zijn laars lapt (daarom zijn het er zoveel en niet omdat de internationale gemeenschap antisemitisch is). Het  Israël dat de bezetting en de ooit gesloten Oslo-akkoorden misbruikt om zoveel mogelijk land te annexeren voor Joden die het van overal in de wereld invliegt om het joodse karakter van de staat te versterken. Het Israël dat nog nooit één stad in eigen land gebouwd heeft om de Palestijnse onderdanen leefruimte te verschaffen die net zoveel kinderen krijgen als de Joodse. Het Israël dat natuurlijk niet mee doet met de opvang van de vluchtelingenstroom uit Syrië, want dan zouden er alsnog Palestijnen terugkeren in het land waar hun familie uit verdreven was. Het Israël dat elke stap van Palestijnen richting oprichting van een eigen staat genadeloos afstraft met de bouw van nog meer nederzettingen en wetgeving tegen critici van de bezettingspolitiek.

De manier waarop tijdens uw demonstratie Palestijnen werden weggezet als een volk dat zijn jongeren opruit om de messen te trekken, is gespeend van elke compassie en krijgt racistische trekken als het over één kam wordt geschoren met al het internationale terrorisme dat door extreme islam geïnspireerd wordt. Luistert u liever eens naar de verhalen van een organisatie als Gate 48 over de voortdurende razzia’s van Israëlische militairen tegen jongeren en over hun hardvochtige opsluiting, opnieuw tegen internationale afspraken in. Wie pleegt daar de terreur?

U betrok ook een rabbijn in uw solidariteitsactie. Maar er zijn heel wat joodse Israëli’s en joden in de wereld die een afschuw hebben van de bezetting, van de Israëlische politiek en van zionistische prietpraat over goddelijk eigendomsrecht van joden op Judea en Samaria. Zij helpen Palestijnse boeren met olijven  plukken achter de bezettingsmuur en hun behuizingen overeind te zetten als de Israëlische bulldozers weer langs geweest zijn. Zijn deze joden het niet vooral die ons bondgenootschap verdienen? En kent u uw evangelische medebroeders en -zusters van ‘Christ at the Checkpoint’ niet? In hun kersverse manifest wijzen zij een exclusief recht op ‘het land van de Bijbel’ ondubbelzinnig af.  Zij stellen zich op naast de christenen van Palestina die de bezetting als het kernprobleem zien voor het voortbestaan van het christendom in het land van de Bijbel.

En in het bijzonder voor ons Friesland was uw demonstratie slecht getimed. Binnenkort rijden er misschien Israëlische bussen door onze Drachtster straten, en over een jaar of zes in heel Friesland, van een firma die er zijn hand niet voor omdraait om lijnen te exploiteren ‘alleen voor Joden’.

U zou in mijn bewondering stijgen als u over uw christen-zionistische schaduw heen zou stappen en ook publiekelijk nee zou zeggen tegen een medeplichtig OV!

Uw protestantse collega ds Harmen Jansen (woonachtig in Drachten)

zie voor de actie tegen EBS-bussen in Friesland: http://www.docp.nl/zeg-nee-tegen-medeplichtig-ov/

Posted in: Groepen en activiteiten, Opgemerkt | Tagged: Israël, Palestijnen, politiek, Sabeel

Welkom op de weblog van Harmen Jansen
theoloog, predikant van de Protestantse gemeente te Winsum-Halfambt (Gr.)

Tweets by @HarmenGJzn Follow @HarmenGJzn

Heiligenkalender bevat de schrijfsels uit de rubriek 'Geloofsgetuigen' in Geandewei en Protestantse Kerkbode. Op alfabetische volgorde en kalendervolgorde. Gestart 1-1-2014

Email: dshjansen@gmail.com

portret verkleind

Copyright © 2023 Harmen Jansen.

Theme by ThemeHall.