De synode heeft op 15 november 2018 besloten: de officiële regelgeving van de kerk waarin het woord huwelijk alleen van toepassing is op huwelijken van man en vrouw blijft ongewijzigd. Er is een officiële uitleg aangenomen die zegt dat daarmee geen waardeoordeel wordt uitgesproken over homoseksuelen en hun eventuele huwelijk. Waarmee de weg vrij is voor gemeenten om naar wens zulke huwelijken ook in een trouwdienst in te zegenen. Wie in de praktijk geen onderscheid maakt tussen zegening en inzegening zal niet worden gestraft.
Mooi toch? De Gereformeerde Bond kan zeggen dat de synode de verschillende soorten huwelijk niet gelijk gesteld heeft. En de ‘regenbooggemeenten’ kunnen de vlag uithangen dat de kerk weer een klein stapje verder is gekomen op de lange weg naar volledige gelijkwaardigheid van LHTB-ers (etc.) in de kerk. Want een klein stapje is er wel degelijk gezet.
Het was niet mooi. Procedureel verliep de stemming verwarrend, om niet te zeggen geheel tegen de regels van het huishoudelijk reglement van de synode. Normaliter wordt er eerst over tegenvoorstellen en amendementen gestemd en daarna pas over het oorspronkelijke voorstel (als deze niet zijn aangenomen). Het moderamen had zelf twee voorstellen, geheel ongebruikelijk, en liet nu de stemming over het eigen eerste voorstel voorgaan.
Hoe dan ook: er komt nu dus geen verplichte beraadslaging in de kerkenraden en classicale vergaderingen over een voorstel tot wijziging van de regels. Wel hebben we nu een nieuw fenomeen: de synodale bijsluiter bij de officiële wetsteksten van de kerk. Naast de kerkorde (‘Romeinse artikelen’), de ordinanties en generale regelingen nu ook een afdeling ‘synodale verklaringen ter nadere uitleg’. Die laatste worden door de synode vastgelegd zonder dat deze ‘ter consideratie’ aan de kerkenraden en classicale vergaderingen worden voorgelegd.
De kerkenraden krijgen binnenkort wel een dik pakket met zeer specialistische technische detailwijzigingen in de ordinanties, om de puntjes op de i te zetten wat betreft wijzigingen in verband met wijzigingen over ‘Kerk 2025’.
Heeft het moderamen zich niet teveel gedragen als de moeder die bij dreigend onweer voortdurend roept dat onweer echt heel gevaarlijk is, in plaats van haar onzekere kinderen gerust te stellen door de verwijzing naar bliksemafleiders en andere zekerheden? Trainingen in pastoraat en leiderschap gaan altijd over ‘niet-angstige presentie’. Maar nu voerde krampachtige bezorgdheid de boventoon. Een discussie over een andere tekst over het huwelijk zou het op sommige plekken voor mensen eerder erger dan beter maken. ‘Ik ben bang’ zei ook letterlijk een van de synodeleden die instemde met het moderamenvoorstel, terwijl hij zelf graag homohuwelijken inzegenen wil.
Ik heb Paulus opgevoerd. De Paulus die leiding moest geven in het grootste conflict van de kerk van de eerste eeuw, op de historische tweesprong waar christenen en joden uit elkaar dreven. Hij deed geen water in de wijn bij zijn standpunt van maximale vrijheid op de punten waar het conflict over ging: de besnijdenisverplichting en het wel of niet kosher moeten eten van de nieuwe gelovigen. Hij waste niemand minder dan Petrus de oren die aan deze vrijheid wilde morrelen (lees de brief aan de Galaten). Tegelijk heeft Paulus het principe van gewetensvrijheid en respect voor elkaars geweten geformuleerd dat blijvende ruimte biedt aan ‘zwakken in het geloof’ die een ruime praktijk niet aandurfden, want hij was de apostel van de liefde (lees Romeinen 14). Maar hij liet zich niet intimideren.
Maar in de praktijk hebben gemeenten met hun kerkenraden de ruimte om hun geweten voluit te volgen. ‘Liturgisch is het geen verschil’, zegt de bijsluiter over het onderscheid tussen inzegening van het huwelijk van man en vrouw en de zegening van andere relaties. De omstreden ordinantietekst is in feite onschadelijk gemaakt. Het is nu officieel een dode letter. Sacrosanct maar nietszeggend.
Corrie ten Boom – *15 april 1892, Amsterdam – † 15 april 1983, Placentia (VS)
Er is voor Jezus geen duisternis te groot, of Zijn licht kan die verdrijven
Zulke dingen zei Corrie ten Boom rechtstreeks op de man of de vrouw af, zo gauw ze vermoedde dat iemand niet erg positief in het leven stond. Het maakte haar niet uit of het een Gestapo-officier was, een wrede kampbewaakster of een medegevangene uit de afdeling ‘gewone’ criminelen.
De vriendelijke Haarlemse werd wereldberoemd. Haar biografie en haar boeken werden internationale bestsellers, helemaal toen ´De Schuilplaats´ ook werd verfilmd. De horloge- en klokkenzaak in de Barteljorisstraat in Haarlem, waar ze met haar vader en zuster woonde en onderduikers herbergde, werd een waar bedevaartsoord. Honderdduizenden zagen er sinds de opening in 1988 de ‘engelenbak’, zoals de slaapplaats achter een dubbele muur door het gezin ten Boom genoemd werd.
Het gezin was orthodox hervormd. Vader Casper was in heel Haarlem bekend en geliefd. Corrie was in 1924 de eerste gediplomeerde vrouwelijke horlogemaker in Nederland. Net als zus Betsie bleef ze thuis wonen en in de zaak meewerken. De familie had veel ervaring met pleegkinderen. Corrie begon een meisjesclub met muziek, gym en bijbelles. Tijdens de bezetting verborgen ze Joodse vluchtelingen. Op verraad volgden arrestatie en gevangenschap. Vader bezweek al snel, Betsie en Corrie kwamen via kamp Vught in vrouwenkamp Ravensbrück terecht. Ze maakten er de bekende ontberingen mee. Veel te volle barakken, wrede behandeling, ondervoeding, akelige ziekte, harde arbeid. Waar en wanneer maar mogelijk preekte Corrie er. ‘Gevangene en toch…’ is haar vlot geschreven, bewogen verslag. Het lijkt of ze in elke situatie direct een Bijbeltekst paraat had, zo gedreven was ze om te getuigen van de liefde van Christus voor ieder mens en van de kracht ervan. Ze wist ook werkelijk tot stugge en vijandige mensen door te dringen. Al direct bij de eerste officier die haar ondervroeg wist ze het gesprek om te buigen tot een pastorale ontmoeting. Het verhaal blijft geloofwaardig omdat het ook volstrekt eerlijk is over haar ontzetting over de wreedheden en haar angsten.
Betsie stierf in het kamp, Corrie kwam dankzij een administratieve fout eind 1944 vrij. Na de oorlog stortte zij zich volledig op evangelisatiewerk. Ze trad op in meer dan zestig landen. Het evangelie van vergeving daagde ook haarzelf uit. Kon ze Jan Vogel vergeven, de man die haar familie had verraden? Ze stuurde hem een brief en een Nieuw Testament waarin ze de ‘weg tot behoud’ had onderstreept. Kort voor zijn executie heeft de man zich nog bekeerd.
Haar laatste levensjaren bracht ze door in Californië.
Hugo de Groot – *10 april 1583, Delft – † 28 augustus 1645, Rostock
Waar de rechtspraak te kort schiet, begint het geweld
Op wel vier plaatsen staat een boekenkist waarmee Hugo de Groot ontsnapt zou zijn uit Slot Loevestein. De grote Nederlandse rechtsgeleerde had in 1618 levenslang gekregen omdat hij remonstrant was en medestander van Johan van Oldebarneveldt in het conflict met prins Maurits over de politiek van de Staten van Holland.
De Groot geldt als de grondlegger van het internationale zeerecht en van het volkerenrecht. Dat hij de vrije toegankelijkheid van de oceanen verdedigde had wel een dubieuze achtergrond. Hollanders hadden een rijk beladen Portugese koopvaarder buitgemaakt en dat moest worden gerechtvaardigd. Zijn belangrijkste werk was hij in Loevestein begonnen te schrijven: Het recht van oorlog en vrede. Het geeft vijf bepalingen over een rechtvaardige oorlog die nog steeds internationale rechtskracht hebben. Nieuw was zijn redeneren vanuit het natuurrecht. Je moet de regels over de beste manier van samenleven beredeneren ‘alsof God niet bestaat’, dan zijn ze voor iedereen overtuigend. Gaf hij zo ook de Republiek een steuntje in de rug in de oorlog met Spanje?
Hij was afkomstig uit belangrijke families die al eeuwen de dienst uitmaakten in steden als Delft. In een van zijn historische werken verheerlijkt hij de Batavieren. Maar ‘het Delfts orakel’ was vooral een wonderkind dat van jongs wilde uitblinken met slimme boeken, een geleerde in de geest van Erasmus.
Na zijn ontsnapping in 1621 kwam hij in Zweedse overheidsdienst. Heel diplomatiek was hij niet. Wel een groot schrijver. Hij leverde vertalingen van Griekse poëzie in Latijn. Zijn eigen theaterstukken over Adam en Jozef in ballingschap werden door Vondel bewerkt in het Nederlands. Hij schreef ook theologisch werk. Zijn Bewijs van den waren godsdienst uit 1622 werd eeuwenlang in veel talen gedrukt en gelezen. Het boek op rijm was bedoeld als ruggesteun voor zeelieden die in contact kwamen met andersgelovigen en ongelovigen. Het christelijk geloof is waar volgens De Groot omdat het gebaseerd is op het onweerlegbare feit van de opstanding van Christus. Hij werd ook voorloper van de moderne bijbelwetenschap. In een paar dikke delen met aantekeningen bij de Bijbel benadert hij als een van de eersten de Bijbel als menselijke literatuur. Kennis van de oudheid moet licht werpen op de bedoelingen van de auteurs.
De Groot bepleitte steeds de maximalisering van het vreedzaam samenleven van verschillende godsdienstige stromingen in één land en van de verschillende volkeren op de wereld. Hij bestreed dat de paus de antichrist was en hij vond dat christenen hun dogmatische verschillen moesten relativeren en stoppen met kerkscheuringen. Als dat typisch Hollands is dan is het niet verkeerd om Hollander te zijn.
(2018)
Martin Luther King jr – * 15 juni 1929, Atlanta – † 4 april 1968, Memphis
Geweld met geweld beantwoorden vermenigvuldigt geweld en voegt diepere duisternis toe aan een nacht die al van sterren beroofd is. Duisternis kan geen duisternis verdrijven, alleen licht kan dat. Haat kan geen haat verdrijven, alleen liefde kan dat.
Vijftig jaar geleden maakte een schot op het balkon van een hotel een einde aan zijn leven. Vijf jaar eerder, op 28 augustus 1963, had hij de beroemdste preek van de twintigste eeuw gehouden en misschien wel van alle eeuwen sinds de Bergrede. De tweehonderdduizend toehoorders waren merendeels zwart. Maar dankzij radio en tv bereikten de woorden miljoenen anderen. Op weg naar het podium fluisterde de gospelzangeres Mahalia Jackson hem in ‘vertel ze over de droom’. In de taal van psalmen en profeten en in de beelden van vrome visioenen over de hemel schilderde hij de droom van heuvels van staten als Georgia en Alabama waar blank en zwart hand in hand zouden gaan. Eens op een dag. De vraag was niet of er een einde zou komen aan de discriminatie, maar door wie en langs welke weg. King bracht de Amerikaanse vrijheidsdroom op diepte door deze onlosmakelijk te verbinden met de eis van gelijke burgerrechten, ongeacht ras en kleur. Het verlangen van de oude negro spiritual ‘Free at last’ was met de formele afschaffing van de slavernij, een eeuw eerder, nog lang niet vervuld. Met de gedrevenheid van de zwarte opwekkingspredikers en begiftigd met een groot leiderschapscharisma wist hij honderdduizenden in beweging te brengen. De lange marsen hadden ook een diepe symbolische betekenis. Het is een lange weg door de geschiedenis om de vervulling van Gods droom te bereiken. Ook na de verwerving van stemrecht (1965) moesten er nog heel wat stappen volgen.
King bleef onvermoeibaar geweldloosheid bepleiten in het verzet tegen discriminatie, armoede en ander onrecht, ook toen successen uit bleven en anderen meenden dat het gebruik van geweld onvermijdelijk werd. Zo zette hij het werk van Gandhi voort. Hij verbond de strijd voor gelijke burgerrechten van zwart en blank in de VS met de strijd van volken in Afrika tegen koloniale overheersing en het verzet tegen de apartheidspolitiek in Zuid-Afrika. En hij was van meet af aan tegenstander van het militaire optreden van de VS in Vietnam.
Met instemming van het Witte Huis werd hij afgeluisterd en bespioneerd. Diverse keren zat hij gevangen. Ooit was hij al neergestoken voordat de kogel van een blanke man een einde aan zijn leven maakte. Zo Heer, zo dienaar.
(2018)
Liudger – *742, Zuilen – † 26 maart 809, Billerbeck
We gaan de eeuwige vreugde van de Heer binnen als we in onze levensdagen met vaste hoop de vermaningen van onze geestelijke vaders opvolgen en als God zelf steeds de belangrijkste grond van onze vreugde is
Was de bard Bernlef echt blind toen hij door Liudgers handoplegging genas, zich bekeerde en zijn evangelist werd? Misschien moeten we die blindheid zoals in veel heiligenlevens symbolisch zien. Liudger staat te boek als onze eerste eigen missionaris en eerste Friese heilige. Scholen en parochies dragen zijn naam. Hier stichtte hij mogelijk de eerste kerken. Het gebied ten oosten van de Lauwers was niet Liudgers eerste missiegebied. Daarvoor was hij werkzaam geweest onder de Friezen tussen Stavoren en Dokkum. Maar beide keren werd hij na een opstand weer verdreven. Hij behoorde tot de Friese elite die nauw verbonden was met de Frankische vorsten. Kerstening en onderwerping aan het Frankische rijk gingen nauw samen. Karel de Grote had Liudger persoonlijk benoemd tot leider van de missie in de vijf gouwen ten oosten van de Lauwers en later tot eerste bisschop van Munster. Zodoende was Liudger nauw betrokken bij de opsplitsing van het voormalige Friese rijk en de verdeling over verschillende bisdommen: verdeel-en-heers!
Liudgers ouders Thiadgrim en Liafburg kwamen uit families die al in de tijd van Willibrord waren gekerstend. In zijn jeugd maakte de moord van Bonifatius bij Dokkum indruk. Hij volgde toen al onderwijs op de pas gestichte abdijschool van Gregorius in Utrecht, leerling en medewerker van Bonifatius. Vervolgopleiding kreeg hij in het Britse York. Zijn eerste opdracht als priester betrof het herstel van de kerk van Lebuïnus in Deventer. Na de eerste teleurstelling met de Friezen was hij naar de paus en het klooster Monte Cassino vertrokken. Toen Karel hem daar weghaalde voor missiewerk in de pas veroverde gebieden nam Liudger behalve boeken ook relikwieën mee. Zijn werk onder de Saksen met kloosterstichtingen in het Westfaalse Werden en Munster was succesvoller dan in het hoge noorden. Allerlei familieleden profiteerden mee met hoge kerkelijke posten.
Zijn enige overgeleverde geschrift is een levensbeschrijving van zijn leermeester Gregorius. De tekst in het Latijn volgt het gangbare patroon van heiligenlevens. Liudger staat vooral te boek als een man van studie en onderwijs. Je proeft mooi dat hij geschoold is in de Bijbel en in de spiritualiteit van de christelijke traditie. Zonder opsmuk met mirakelverhalen getuigt hij van dankbaarheid en bewondering voor Gregorius en Bonifatius. Hij tekent Gregorius als een oprecht gelovige abt met vaderlijke zorg voor de toevertrouwde leerlingen en een bewonderenswaardige vergevingsgezindheid, zonder gehechtheid aan goud en bezit maar wel vol bekommernis voor de armen. De oudst bewaarde tekst van een geboren Fries gaat zo over waarden die er nog altijd toe doen! Je bent blind als je het niet ziet.
(2018)